Cijfers blijken een bruikbaar middel om de relatieve prestaties van een leerling (d.w.z. de prestaties van de betrokken leerling vergeleken met die van andere leerlingen uit dezelfde laag) te waarderen en bespreekbaar te maken voor de docent met de leerling en voor beiden met derden. Wij gebruiken daarvoor de cijfers 1 tot en met 10, eventueel met een decimaal en kennen daaraan de volgende betekenis toe:
1 = zeer slecht
2 = slecht
3 = zeer onvoldoende
4 = onvoldoende
5 = bijna voldoende |
|
|
6 = voldoende
7 = ruim voldoende
8 = goed
9 = zeer goed
10 = uitmuntend |
De docenten zetten de cijfers die ze geven in Magister, het administratiesysteem dat de school gebruikt. Ouders en leerlingen kunnen met hun toegangscode elk moment inloggen om de voortgang van de leerlingen te volgen.